.webp "Modbus RTU I/O module met galvanische scheiding en met 3 analoge uitgangen")
.webp "Galvanisch gescheiden Modbus RTU input output module met 3 analoge uitgangen")
.webp "Modbus RTU naar analoog converter met 3 analoge uitgangen galvanisch gescheiden")
.webp "Omvormer Modbus RTU naar analoog met 3 galvanisch gescheiden analoge uitgangen")
.webp "Omvormer Modbus naar 0 tot 10 Volt of 0 tot 20 mA of PWM met galvanische scheiding")
CE conformiteit verklaring
Modbus RTU naar analoog converter - 3 galvanisch gescheiden uitgangen
Productbeschrijving
Dit is een Modbus RTU-uitgangsmodule met 3 analoge uitgangen. Deze uitgangen zijn galvanisch gescheiden van de Modbus RTU-communicatie (ingang). Ze zetten de waarde van een Modbus Holding Register om in een analoog uitgangssignaal.
Het standaard uitgangstype is 0-10 VDC. Indien nodig kan een ander type uitgang worden geselecteerd: 0-10 VDC / 0-20 mA / 0-100 % PWM.
De voedingsspanning is 24 VDC Power over Modbus, d.w.z. zowel Modbus RTU-communicatie als voeding kunnen worden aangesloten via één RJ45-connector.
Deze module is een slave-apparaat, wat betekent dat er een master-unit of een GBS-systeem nodig is dat een waarde kan schrijven in de DDACM-I3 Modbus Holding registers.
Aanvullende specificaties en beschrijvingen
Hoe werkt het?
Sentera-apparaten communiceren via Modbus RTU. Modbus RTU is een serieel communicatieprotocol dat RS485-technologie gebruikt. Sommige toepassingen vereisen communicatie met niet-Sentera producten - bijvoorbeeld een klepactuator, een EC ventilator, enz. Deze niet-Sentera producten kunnen worden aangesloten via deze DDACM-I3-module. Ze kunnen commando's ontvangen via de 3 analoge uitgangen van deze module. Je kunt kiezen uit de volgende uitgangstypes: 0-10 VDC / 0-20 mA / 0-100% PWM. Deze uitgangen zijn galvanisch gescheiden van de Modbus RTU-ingang. Dit betekent dat er een elektrische isolatie is tussen de twee. Elektrische isolatie biedt bescherming tegen potentiaalverschillen, spanningspieken en ruis tussen verschillende onderdelen van een systeem. In het geval van de DDACM-I3-module betekent dit dat de analoge uitgangen (0-10 VDC, 0-20 mA en 0-100% PWM) en de Modbus RTU-ingang elektrisch onafhankelijk van elkaar werken.
Deze elektrische isolatie helpt interferentie te voorkomen en garandeert de stabiliteit en betrouwbaarheid van de signalen die via de module worden verzonden. Dit kan bijzonder nuttig zijn als er apparaten met verschillende aardreferenties moeten worden aangesloten of om gevoelige apparatuur te beschermen tegen elektrische storingen.
Met de DDACM-I3-module kun je dus het gewenste uitgangstype selecteren (0-10 VDC, 0-20 mA of 0-100% PWM), terwijl je de zekerheid hebt dat deze uitgangen elektrisch geïsoleerd zijn van de Modbus RTU-ingang, wat een niveau van bescherming en signaalintegriteit biedt.
Sentera-apparaten communiceren via Modbus RTU. Modbus RTU is een serieel communicatieprotocol dat RS485-technologie gebruikt. Sommige toepassingen vereisen communicatie met niet-Sentera producten - bijvoorbeeld een klepactuator, een EC ventilator, enz. Deze niet-Sentera producten kunnen worden aangesloten via deze DDACM-I3-module. Ze kunnen commando's ontvangen via de 3 analoge uitgangen van deze module. Je kunt kiezen uit de volgende uitgangstypes: 0-10 VDC / 0-20 mA / 0-100% PWM. Deze uitgangen zijn galvanisch gescheiden van de Modbus RTU-ingang. Dit betekent dat er een elektrische isolatie is tussen de twee. Elektrische isolatie biedt bescherming tegen potentiaalverschillen, spanningspieken en ruis tussen verschillende onderdelen van een systeem. In het geval van de DDACM-I3-module betekent dit dat de analoge uitgangen (0-10 VDC, 0-20 mA en 0-100% PWM) en de Modbus RTU-ingang elektrisch onafhankelijk van elkaar werken.
Deze elektrische isolatie helpt interferentie te voorkomen en garandeert de stabiliteit en betrouwbaarheid van de signalen die via de module worden verzonden. Dit kan bijzonder nuttig zijn als er apparaten met verschillende aardreferenties moeten worden aangesloten of om gevoelige apparatuur te beschermen tegen elektrische storingen.
Met de DDACM-I3-module kun je dus het gewenste uitgangstype selecteren (0-10 VDC, 0-20 mA of 0-100% PWM), terwijl je de zekerheid hebt dat deze uitgangen elektrisch geïsoleerd zijn van de Modbus RTU-ingang, wat een niveau van bescherming en signaalintegriteit biedt.
Uitgangsmodi 
0-10 VDC modus: In deze modus genereren de analoge uitgangen van de module een spanningssignaal tussen 0 volt en 10 volt. De uitgangswaarde is recht evenredig met het gewenste regelsignaal. Een uitgangswaarde van 5 volt komt bijvoorbeeld overeen met een regelsignaal van 50%. Deze modus wordt het meest gebruikt voor de interface met toestellen die spanningssignalen accepteren voor sturing, zoals frequentieregelaars, motosturingen of analoge ingangsmodules van PLC's. Dit is ook de standaardmodus.
0-20 mA modus: In deze modus produceren de analoge uitgangen van de module een stroomsignaal van 0 mA tot 20 mA. Ook deze modus wordt vaak gebruikt als interface met toestellen die stroomsignalen nodig hebben voor desturing, zoals analoge ingangsmodules van PLC's, analoge meters of analoog-naar-digitaalomzetters.
0-100% PWM modus (Pulsbreedtemodulatie): In deze modus genereren de analoge uitgangen een pulssignaal met een variabele duty cycle. De duty cycle vertegenwoordigt het percentage van de tijd dat het signaal "aan" is vergeleken met de totale periode van de puls. Een duty cycle van 50% betekent bijvoorbeeld dat het signaal "aan" is gedurende 50% van de pulsperiode en "uit" gedurende de resterende 50%. Deze modus wordt vaak gebruikt om apparaten aan te sturen die PWM-signalen accepteren, zoals snelheidsregelaars voor gelijkstroommotoren of LED-dimmers. De resolutie van het PWM-signaal maakt meestal een nauwkeurige regeling van het aangesloten apparaat mogelijk.
0-10 VDC modus: In deze modus genereren de analoge uitgangen van de module een spanningssignaal tussen 0 volt en 10 volt. De uitgangswaarde is recht evenredig met het gewenste regelsignaal. Een uitgangswaarde van 5 volt komt bijvoorbeeld overeen met een regelsignaal van 50%. Deze modus wordt het meest gebruikt voor de interface met toestellen die spanningssignalen accepteren voor sturing, zoals frequentieregelaars, motosturingen of analoge ingangsmodules van PLC's. Dit is ook de standaardmodus.
0-20 mA modus: In deze modus produceren de analoge uitgangen van de module een stroomsignaal van 0 mA tot 20 mA. Ook deze modus wordt vaak gebruikt als interface met toestellen die stroomsignalen nodig hebben voor desturing, zoals analoge ingangsmodules van PLC's, analoge meters of analoog-naar-digitaalomzetters.
0-100% PWM modus (Pulsbreedtemodulatie): In deze modus genereren de analoge uitgangen een pulssignaal met een variabele duty cycle. De duty cycle vertegenwoordigt het percentage van de tijd dat het signaal "aan" is vergeleken met de totale periode van de puls. Een duty cycle van 50% betekent bijvoorbeeld dat het signaal "aan" is gedurende 50% van de pulsperiode en "uit" gedurende de resterende 50%. Deze modus wordt vaak gebruikt om apparaten aan te sturen die PWM-signalen accepteren, zoals snelheidsregelaars voor gelijkstroommotoren of LED-dimmers. De resolutie van het PWM-signaal maakt meestal een nauwkeurige regeling van het aangesloten apparaat mogelijk.
De keuze van de bedrijfsmodus hangt af van de specifieke vereisten van de niet-Sentera toestellen die zijn aangesloten en hun compatibiliteit met deze signaaltypes.
Om de analoge uitgangen en invoerwaarden in de Modbus-registers van de DDACM-I3-module aan te sturen, is een Modbus-master noodzakelijk. Dergelijke apparaten zijn de universele controllers DRPUM of RDPUM van Sentera, die firmware nodig hebben die is afgestemd op de specifieke toepassing. Via een internetgateway kunt u een verbinding tot stand brengen tussen deze controller en het online HVAC-portaal SenteraWeb. Via SenteraWeb kunt u de gewenste toepassing kiezen en de toepassingsspecifieke firmware downloaden naar de aangesloten apparaten. Door waarden te schrijven naar Modbus Holding registers 12, 16 en 20 kan het masterapparaat de uitgangen configureren.
Om de analoge uitgangen en invoerwaarden in de Modbus-registers van de DDACM-I3-module aan te sturen, is een Modbus-master noodzakelijk. Dergelijke apparaten zijn de universele controllers DRPUM of RDPUM van Sentera, die firmware nodig hebben die is afgestemd op de specifieke toepassing. Via een internetgateway kunt u een verbinding tot stand brengen tussen deze controller en het online HVAC-portaal SenteraWeb. Via SenteraWeb kunt u de gewenste toepassing kiezen en de toepassingsspecifieke firmware downloaden naar de aangesloten apparaten. Door waarden te schrijven naar Modbus Holding registers 12, 16 en 20 kan het masterapparaat de uitgangen configureren.
Toestel voor installatie op DIN-rail
De DDACM-I3-module is speciaal ontworpen voor montage op een DIN-rail en kan moeiteloos op dit type rail worden bevestigd.
De Modbus RTU-communicatie en 24 VDC voeding van de module zijn beide toegankelijk via een RJ45-aansluiting. Voor gestroomlijnde bedrading stelt Sentera het gebruik voor van onze 24 VDC voedingen met RJ45-connector.
De behuizing heeft een beschermingsgraad IP30, wat aangeeft dat de behuizing een zekere mate van bescherming biedt tegen het binnendringen van stof en vocht.
De DDACM-I3-module is speciaal ontworpen voor montage op een DIN-rail en kan moeiteloos op dit type rail worden bevestigd.
De Modbus RTU-communicatie en 24 VDC voeding van de module zijn beide toegankelijk via een RJ45-aansluiting. Voor gestroomlijnde bedrading stelt Sentera het gebruik voor van onze 24 VDC voedingen met RJ45-connector.
De behuizing heeft een beschermingsgraad IP30, wat aangeeft dat de behuizing een zekere mate van bescherming biedt tegen het binnendringen van stof en vocht.
Bemerkingen, recensies & beoordelingen